architectuur, landschap en stedenbouw - overheid en maatschappij
alle tekst en foto's op deze site: copyright Carien Overdijk, tenzij anders vermeld


















Venetië met lichte middelen
13 juli 2012

Bouwen kan ook met textiel. Dat fantaseert de Franse architect Alexandre Doucin op zijn site in de zelfgetekende strip 'Maison de Vair' (2012).
Vormgeefster Petra Blaisse doet het in het echt. Ze transformeerde onder andere het Haus der Kunst in München, Prada New York en een privévilla met grote lappen stof. Stoer, monumentaal, bepaald geen macramé.
Op de biënnale van Venetië, die 29 augustus begint, is de Nederlandse bijdrage van Blaisse. Wie dan het Rietveld Paviljoen betreedt, stapt een ruimte binnen die zich voortdurend anders voordoet. Gordijnen verplaatsen zich, en via spiegels boven het dak verandert ook de lichtval (Rietvelds melkglas maakt tijdelijk plaats voor doorzichtig glas). Het beeld hiernaast (klik erop voor vergroting) toont het globale ontwerp.
Leegstand was twee jaar geleden in Venetië al het Nederlandse thema, met een zee van blauwe vormpjes die lege Nederlandse gebouwen voorstelden. Nu gaat het weer over leegstand, maar dan een graad abstracter: hoe je met ijle, tijdelijke middelen leegstaande panden van een nieuw interieur kunt voorzien. Of: hoeveel indelingsopties een ruimte heeft.
We gaan het zien. Nieuwe kleren van de keizer of werkt het? Het is in elk geval een waagstuk dat aansluit bij het vigerende Dutch design-imago. Later meer.



De enig overgebleven kerk van Jan de Jong
9 juli 2012

In deze sobere kerkzaal (klik op foto voor vergroting) gaat het om maatverhoudingen. Architect Jan de Jong (1917 -2001) legde zich fanatiek toe op de toepassing van een meetkundige reeks (1, 4/3, 7/4, 7/3 etc) die ideale verblijfsruimten zou opleveren. Klassieke basilieken en maatstudies van priesterarchitect Dom Hans van der Laan lagen aan dit denkbeeld ten grondslag.
Vaak kwam De Jong - mede door krappe budgetten - aan weinig anders toe dan zijn ideale maten. Veel van zijn gebouwen ogen daardoor eerder als studies dan als voltooide architectuur. Dat maakt ze kwetsbaar.
Deze kerk, bijvoorbeeld (van de Heilige Kruisvinding (1958/1959) in het Brabantse Odiliapeel) maakt een kale indruk. Hij heeft bovendien te lijden van vochtdoorslag en schimmel. De bijbehorende toren kreeg wegens zijn zwakke constructie al eens een nieuwe, te dikke bakstenen omhulling.
Voor de liefhebbers: rondom de zaal ligt een (lagere) omgang die iets gedraaid staat ten opzichte van de zaal, zodat de buitengevels parallel lopen met de straten die aan twee zijden de kerk flankeren. En in de zaal ervaar je beslist de beoogde rust en ruimte van het ontwerp.
Deze kerk is de enige nog 'werkende' van de zeven kerken die De Jong ontwierp. Vier zijn er al gesloopt, een is herbestemd en verbouwd, een staat er leeg.
Hoe fraai ook ingepast in zijn omgeving, ook dit gehavende object is zijn leven niet zeker. Deze maand zijn de redelijk bezochte zondagsmissen er opgeheven. De dienstdoende pastoor zal voortaan alleen nog op vrijdagavond de kelk heffen. Zal dat nog voldoende kerkgangers trekken?
Morgen in de Volkskrant: een recensie van het boek Gebouwen van Jan de Jong (van Hilde de Haan en Ids Haagsma)



Huizen die blijven
9 juli 2012

Ook deze woonhuizen (1975/977) zijn ontworpen door Jan de Jong (zie de blog hierboven). En ook hier heeft hij zijn matendogma op gevels en plattegronden losgelaten, maar toch oogt deze rij een stuk minder rigide dan De Jongs eerdere 'maatwerk.'
Deze huizen hebben een betere overlevingskans. De Jong bouwde ze in een rij van elf, allemaal net even anders, aan de Hoofschestraat in het centrum van het oude vestingstadje Grave (bij Nijmegen). Ze hebben fraaie uitbouwen aan de achterzijde, die de rij - meer nog dan aan de voorzijde - een historiserend karakter geven. Het boogpoortje tussen deze twee panden is kenmerkend, een element dat De Jong ook elders in Grave meermalen toepaste.



Eten van de stad
23 juni 2012

Het debat over stadslandbouw is losgebarsten. Vorige week beweerde Vincent Kuypers, ecoloog bij het Wageningse onderzoeksinstituut Alterra, op de site van Binnenlands Bestuur dat de verwachtingen overtrokken zijn. Hij waarschuwde voor kleine oogsten en giftige grond. 'Geïsoleerd voedsel verbouwen' zou beter zijn, 'want in kassen kun je het vrijwel steriel opkweken.' Hij ziet hooguit een rol voor educatieve moestuintjes.
Kuypers reduceert de stadslandbouw onterecht tot schooltuinniveau, en gaat eraan voorbij dat alle initiatieven tot dusver op schone (zonodig speciaal aangevoerde) grond zijn ontplooid. En niemand heeft ooit beweerd dat stadslandbouw alle AH's van voedsel kan voorzien. De fixatie op 'steriele' verbouw is een typisch Wageningse techneutengedachte. De biologische tuinder weet allang beter, en zijn klanten ook. Stadslandbouw is een heilzame, en in veel werelddelen al succesvolle vorm van functiemenging (met dit planologenwoord bepleit men tegenwoordig wonen, werken en recreëren ruimtelijk weer te vervlechten).
In bakken op het bordes van het Leidse stadhuis groeit inmiddels aardappel, peen en ui (voor de hutspot van 3 oktober). En bovenop het Schieblock, een oud kantoorpand in het centrum van Rotterdam (klik op de foto - van april - voor een vergroting) staan sla, boontjes en radijzen te rijpen. Nu nog symbolisch, straks overal op veel grotere schaal.



Vestia: zo kan het ook
19 mei 2012

Niet een woningcorporatie, maar het sociaal-democratische gemeentebestuur van Wenen bouwde in 1930 dit ongeëvenaarde complex met 1382 arbeiderswoningen, passend de Karl Marx-hof geheten en onderdeel van een nog veel groter sociaal bouwprogramma. Het kasteelachtige gebouw in voorstad Heiligenstadt staat er vandaag nog en trekt architectuurliefhebbers uit de hele wereld.
In de jaren twintig van de vorige eeuw zat een kwart miljoen Weners opeengepakt in benauwde huizenblokken zonder stromend water. Ongeveer vijfduizend van hen kregen hier een modernere woning (30 tot 60 vierkante meter) met op de begane grond winkeltjes, café's, een wasserette, badhuis, tandartspraktijk, crèche, postkantoor en bibliotheek. Het complex is ruim een kilometer lang, kent twee binnenhoven en heeft in het midden een breed voorplein. Daar bloeien nu majestueuze kastanjes. Het gebouw werd tweemaal gerestaureerd en is nog steeds een standaard voor sociale woningbouw. De monumentale, zorgvuldig gedetailleerde architectuur van stadsarchitect Karl Ehn toont aan dat grootschalige wooncomplexen voor lage inkomens niet onpersoonlijk of armoedig hoeven zijn. Ook de huidige bewoners zijn trots op hun plek.
Hoeveel mooier, voordeliger en duurzamer hadden Nederlandse corporaties als Vestia kunnen bouwen als ze geleid waren door een bevlogen overheid in plaats van een roedel wolven? Het is de hoogste tijd om de verzelfstandiging van corporaties terug te draaien.



Rotterdam wordt ruimer
26 april 2012

Met een ingenieuze luchtsingel gaat ZUS Architecten Rotterdam groter maken. ZUS won vier miljoen euro voor de bouw van een verhoogde houten wandelroute. Hij zal Rotterdam CS, dwars door gebouwen heen en over drukke wegen en sporen, verbinden met een lang verwaarloosde plek die nu wordt opgeknapt: de Hofbogen. De foto (klik voor een vergroting) geeft een blik op het Hofplein vanaf het eerste stukje luchtsingel dat drie weken geleden is neergezet. Het parcours wordt 360 meter lang en zal verrassende uitzichten bieden op wegen, treinen en gebouwen. De lang verwaarloosde Hofbogen krijgen hiermee bovendien een spannende wandelverbinding naar de Lijnbaan en naar het station. En vice versa natuurlijk, want met de nieuwe mini-mall (creatieve ondernemers) en (nog aan te leggen) groen kunnen de Hofbogen ook wandelaars uit het centrum aantrekken. Zowel mini-mall als wandelroute en luchtsingel kosten geen nieuwe vierkante meters. En juist dit soort ingrepen maakt de stad groter.
Rechts op de foto is nog net het Schieblock zichtbaar, een wederopbouw-kantoorpand dat lange tijd gekraakt was. Het is nu in beheer bij ZUS, die er kantoor houdt, een moestuin op het dak heeft en de rest verhuurt aan zo'n tachtig kleinere ondernemers.
De luchtsingel loopt dwars door het pand en sluit aan op een knalgeel gemarkeerd zebrapad naar het station. Op de begane grond is nu, tijdens de vijfde Architectuur Biënnale (IABR), een tentoonstelling van stedenbouwkundige plannen uit binnen- en buitenland. Op het vernieuwde plein erachter kun je soep eten in een pop-up store.



Nieuwere blogs Oudere blogs